Unité 14 Nederlands - Frans

INVULOEFENING

Vul de gaten in. Druk dan op "Antwoord controleren" om je antwoorden te controleren.
(les ) : houden van (boeken)
: graag (zingen)
(un ) : met (een vriend)
une : een basketbalschoen, sportschoen
un : een baby
, : wit
une : een laars
, : bruin
() : deze, die (jongen)
() : deze, die (kinderen)
() : deze, die (vrouw)
une : een lied, liedje
: zingen
une : een schoen,schoeisel
une : een voetbalschoen
une : een hemd
: zoeken
: voetbal spelen, voetballen
, : grijs
ne... : nooit
: geel
un : een jeans, spijkerbroek
: spelen
une : een rok
: mauve, paars
: oranje
un : een (lange) broek
(un ) : (een short) dragen, aanhebben
un : een trui
un : een pyjama
une : een jurk, kleedje
: roze
un : een short
une : een jasje, vest
un : een kledingstuk
(m.) : kleding, kleren