Unité 21 Nederlands - Frans

INVULOEFENING

Vul alle openingen in. Klik op "Controleer".
: wel, welnu
-tu? : waar ga je heen?
des (man.) : bagage
un : een weg
: schrijven
30 et 35 : tussen 30 en 35 jaar
: tonen
: tonen aan
: vergeten
: spreken
: Frans spreken
: overal
, : klaar, gereed
: wanneer
tu quand? : wanneer kom je aan?
sa : zijn, haar moeder
un : een tas, zak
ses : zijn, haar boeken
si je : als ik mag, kan
son : zijn, haar vader
: vinden
une : een koffer